Schrif­te­lijke vragen Plusquin Over ambte­lijke kosten Maas­tricht Aachen Airport en kosten ontheffing dassen bij ‘t Ham


Indiendatum: 6 apr. 2021

Geacht college,

De CDA fractie heeft zich in “Vervolgvragen inzake de invloed van de dassenpopulatie” bezorgd getoond over het, beweerdelijk, maken van hoge ambtelijke, en maatschappelijke kosten inzake het instandhouden van de dassenpopulatie bij ’t Ham. En daarbij gevraagd om een “gezonde kosten baten analyse bij vergelijkbare gevallen”.

De fractie van de Partij voor de Dieren deelt de zorgen over hoge ambtelijke kosten, en het pleidooi voor een gezonde kosten baten analyse, maar dan voor een ander onderwerp: het in stand houden van Maastricht Aachen Airport, en heeft in dit verband de volgende vragen. De tweede, derde en vierde vraag zijn, voor het gemak, exact dezelfde als vragen die de CDA-fractie heeft gesteld (weliswaar met verwisseling van het onderwerp):

Vraag 1) Hoeveel ambtelijke kosten zijn er gemaakt inzake Maastricht Aachen Airport, bezien over de jaren waarin daarover besluiten zijn genomen door het college van GS en provinciale staten?

Vraag 2) Welke mogelijkheden ziet het college om in de toekomst te voorkomen dat er bij de aanwezigheid van een kostbaar infrastructureel project excessief hoge kosten gemaakt moeten worden, waarvoor maatschappelijk weinig begrip is, maar de kosten wel heel hoog zijn?

Vraag 3) Over welke instrumenten beschikken het college en provinciale staten om voor een gezonde kosten-baten analyse te zorgen bij vergelijkbare gevallen?

Vraag 4) Zijn de kosten voor opvang van omwonenden, met gezondheidsproblemen vanwege geluidsoverlast en milieuverontreiniging, bij het antwoord op vraag 1 inbegrepen?

Vraag 5) De PvdD-fractie schrikt van de extreem hoge kosten kosten die gepaard gaan met het opvangen van vliegtuigen in Maastricht Aachen Airport. Zouden er, en zo ja welke, andere oplossingen denkbaar zijn geweest in deze casus?

Vraag 6) Wat is de reden dat het college deze kosten-baten analyse pas nu gaat maken, terwijl de besluitvorming om (stevig) te investeren in Maastricht Aachen Airport al van jaren her dateert?

Vraag 7) Kan het college bevestigen dat het bij de ontheffing voor de Wet natuurbescherming om de uitvoering van een verplichte wettelijke taak gaat, terwijl het bij Maastricht Aachen Airport om autonoom (zelf gekozen) provinciaal beleid gaat?

Vraag 8) Kan het college bevestigen dat bij het decentralisatie akkoord natuur er door het Rijk gelden zijn overgeheveld, via het provinciefonds, om de uitvoering van verplichte wettelijke taken inzake de Wet natuurbescherming voor de provincies financieel mogelijk te maken?

Vraag 9) Is het mogelijk om van de uitvoering van een verplichte wettelijke taak af te zien? Is het mogelijk om van een onderwerp van autonoom provinciaal beleid af te zien?

Wat de fractie van de Partij voor de Dieren betreft kunnen de antwoorden gelijktijdig worden gegeven aan de antwoorden op de Vervolgvragen (bovengenoemd) van de CDA-fractie.

Met vriendelijke groet (en bij vraag 1 mag een schatting ook – anders kost het zoveel!),

Pascale Plusquin,

Partij voor de Dieren

Indiendatum: 6 apr. 2021
Antwoorddatum: 30 jun. 2021

Vraag 1) Hoeveel ambtelijke kosten zijn er gemaakt inzake Maastricht Aachen Airport, bezien over de jaren waarin daarover besluiten zijn genomen door het College van GS en Provinciale Staten?

Voor de beantwoording van deze vraag beschouwen wij alleen de personele kosten die direct verband houden met de betrokkenheid bij Maastricht Aachen Airport (MAA) vanuit de aansturing van het project c.q. programma. Reguliere interne advisering en beoordeling in het kader van wettelijk taken (vergunningverlening, handhaving en subsidies) worden buiten beschouwing gelaten. Hierbij hanteren wij 2013 als startjaar waarin de besluitvorming over MAA voor de Provincie Limburg is gestart. Gedurende de jaren 2013 tot en met 2020 is gemiddeld een projectleider voor 1,0 fte en een programmasecretaris voor 0,8 fte betrokken bij het voorbereiden en opstellen van besluiten door Gedeputeerde Staten en Provinciale Staten. Over de jaren 2017 tot en met 2020 bedragen de gemiddelde kosten bij de Provincie Limburg voor 1 fte € 84.500. Hiermee zou de jaarlijkse inzet voor MAA uitkomen op circa € 152.000.

Vraag 2) Welke mogelijkheden ziet het college om in de toekomst te voorkomen dat er bij de aanwezigheid van een kostbaar infrastructureel project excessief hoge kosten gemaakt moeten worden, waarvoor maatschappelijk weinig begrip is, maar de kosten wel heel hoog zijn?

Besluitvorming over de inzet van provinciale middelen vindt plaats door Provinciale Staten en dient zo doelmatig en effectief plaats te vinden. Bij de besluiten over de inzet van provinciale middelen voor Maastricht Aachen Airport is door Provinciale Staten een integrale afweging gemaakt van de betrokken belangen. Ook bij besluiten in de toekomst zullen wij alle berokken belangen voor Provinciale Staten in beeld brengen.

Vraag 3) Over welke instrumenten beschikken het College en Provinciale Staten om voor een gezonde kosten- baten analyse te zorgen bij vergelijkbare gevallen?

Er is maar één luchthaven van nationale betekenis in de Provincie Limburg. De bij MAA betrokken kosten kunnen dus niet met andere vergelijkbare gevallen vergeleken worden. Dit neemt niet weg dat wij hebben aangegeven een Maatschappelijke Kosten Baten Analyse (MKBA) op te stellen voor MAA, die gestoeld zal zijn op de nieuwe nationale gevalideerde methode voor MKBA’s voor de luchtvaart.

Vraag 4) Zijn de kosten voor opvang van omwonenden, met gezondheidsproblemen vanwege geluidsoverlast en milieuverontreiniging, bij het antwoord op vraag 1 inbegrepen?

Bij vraag 1 is specifiek ingegaan, zoals in de vraag is gesteld, op de gevraagde ambtelijke kosten.

Vraag 5) Wat is de reden dat het College deze kosten-baten analyse pas nu gaat maken, terwijl de besluitvorming om (stevig) te investeren in Maastricht Aachen Airport al van jaren her dateert?

Een Maatschappelijke Kosten Baten Analyse wordt gevraagd bij een later bij het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat in te dienen aanvraag voor een luchthavenbesluit.
De MKBA-methodiek wordt op dit moment door het Rijk geactualiseerd. Op dit moment is derhalve nog geen gevalideerde methode beschikbaar. In overleg met uw Staten is bepaald dat wij ten behoeve van de besluiten voorzien in oktober van 2021 een MKBA zullen laten opstellen.

Aan het eerdere besluit lag een economische analyse van het Etil over het maatschappelijk economisch belang van de luchthaven ten grondslag.

Vraag 6) Kan het College bevestigen dat het bij de ontheffing voor de Wet natuurbescherming om de uitvoering van een verplichte wettelijke taak gaat, terwijl het bij Maastricht Aachen Airport om autonoom (zeIf gekozen) provinciaal beleid gaat?

Het verlenen van ontheffingen van verbodsbepalingen uit de Wet natuurbescherming is een bevoegdheid van de Provincie. Het college van Gedeputeerde Staten is verplicht te beslissen op verzoeken om een ontheffing. Bij Maastricht Aachen Airport vindt de uitvoering haar basis in het collegeprogramma en de programmabegroting die door Provinciale Staten wordt vastgesteld.

Vraag 7) Kan het College bevestigen dat bij het decentralisatie akkoord natuur er door het Rijk gelden zijn overgeheveld, via het provinciefonds, om de uitvoering van verplichte wettelijke taken inzake de Wet natuurbescherming voor de provincies financieel mogelijk te maken?

Ja, bij de verdeling van de financiële middelen uit het Regeerakkoord Rutte II voor ontwikkeling en beheer van natuur in Nederland in 2013 zijn ook middelen gedecentraliseerd voor de nieuwe wettelijke taken die de Provincie heeft gekregen bij de inwerkingtreding van de Wet natuurbescherming in 2017. Het gaat hierbij voor Limburg om € 226.856 per jaar.

Vraag 8) Is het mogelijk om van de uitvoering van een verplichte wettelijke taak af te zien? Is het mogelijk om van een onderwerp van autonoom provinciaal beleid af te zien?

In beginsel kan niet worden afgezien van een verplichte wettelijke taak. Bij autonoom provinciaal beleid kan een bestuurlijke afweging worden gemaakt.

Gedeputeerde staten van Limburg

voorzitter

secretaris