Toelichting motie Plusquin Concre­tiseer beleid lucht­kwa­liteit


10 februari 2023
Voorzitter,

In de commissie is uitgebreid het ZRK rapport besproken over VTH (Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving), en de GS reactie. Die er in hoofdlijnen op neer kwam dat de aanbevelingen worden overgenomen. En dat er afscheid wordt genomen van de minimale benadering die er voor de uitvoering van het milieu- en gezondheidsbeleid tot nu toe is gehanteerd.

Dat ligt nu voor in het Statenvoorstel - daar stemmen wij mee in, en er was in de commissie ook brede steun hiervoor.

Maar om al vast te beginnen met “doe wat je zegt” dienen we vandaag een aanvullende, concretiserende motie in over een belangrijk deelonderwerp, namelijk luchtkwaliteit. Juist voor de gezondheid van de Limburgers, moeten we hier heel duidelijk in zijn, concrete stappen zetten. Maar ook voor de bedrijven, dat die weten wat er van ze verwacht wordt. Ik kom daar op terug.

Voor de gezondheid van de Limburgers, want het is niet voor niets dat de Wereldgezondheidsorganisatie al jaren er op aan dringt om de bestaande luchtkwaliteitsdoelen aan te scherpen. En dat de EU met voorstellen komt voor concrete nieuwe normen. Nog steeds is er een gemiddelde levensduurverkorting van 13 maanden door verontreiniging met fijn stof en NO2. Zijn er daardoor in Nederland jaarlijks 12.400 kinderen met bronchitis, 2200 vroegtijdige sterfgevallen en 4.5 miljoen verloren werkdagen. In Limburg is de gezondheid, helaas, slechter dan het landelijk gemiddelde.

Wij denken dat Limburgers een goede gezondheid verdienen, en daarom dienen wij deze motie in. Die het College vraagt om duidelijkheid, concretisering van het luchtkwaliteitsbeleid. Want hiervoor zullen bedrijven extra stappen moeten zetten, andere manieren van werken, nieuwe bedrijfsprocessen, en ook zij hebben recht op duidelijkheid wat er van hen verwacht wordt. Ook in bestaande situaties, juist dat is de uitdaging.

Bedrijven in alle sectoren, de industrie, de landbouw, de mobiliteitssector, de gebouwde omgeving.

Dr provincie Limburg heeft zich hieraan ook gecommitteerd door, zij het later dan andere provincies, het Schone Lucht Akkoord te ondertekenen. Maar wie A zegt moet ook B zeggen. In de bestuurlijke reactie op het ZRK rapport geeft GS aan dat er een principe besluit is genomen, in november vorig jaar, om (oa.) hiervoor “Concretiserend milieubeleid” op te stellen. Gedeputeerde Gabriels kwam hier ook nog mondeling op terug.

Maar wat er nog niet ligt is een commitment om dit snel op te pakken. En handen en voeten te geven, door beleid te formuleren voor het actualiseren van bestaande vergunningen. Een mogelijkheid die de wet al biedt, maar die wel moet worden opgepakt. En de conclusies daarvan te trekken, voor de personele capaciteit van de RUD. Dat is wat de motie vraagt.