Inbreng Loomans Rapport over Vergun­ningen, Toezicht en Hand­having


11 maart 2021

Voorzitter,

Om maar met de conclusie te beginnen: dit onderzoek is overduidelijk geen uitvoering van Motie 2528, die in november 2019, na een reeks incidenten op Chemelot, breed werd gesteund, en daarom wijselijk werd overgenomen door GS.

Die motie vroeg om een onderzoek naar (ik citeer) “de rechtmatigheid, doeltreffendheid en doelmatigheid van de uitvoering van VTH-taken”. De context was – en dat is belangrijk om in herinnering te brengen - op dat moment een reeks incidenten op het Chemelot terrein, waarover door meerdere fracties schriftelijke vragen waren gesteld.

Je verwacht dan een onderzoek naar die handhaving zelf, getallen over bezoekfrequenties, behandeling van incidenten en de follow up daarvan.

Je verwacht een rapport zoals dat van de commissie Aartsen, die vorige week is gekomen met een gepeperd rapport naar het functioneren van de RUD’s. Hoe doen ze hun werk? De vergunningverlening, het toezicht, de handhaving? Dat rapport heeft veel aandacht gehad in de media, en de conclusies waren helder en duidelijk. Ik kom daar nog op terug.

Maar wat doet het onderzoek dat nu op onze agenda staat– het gaat niet over de uitvoering van de taken zelf. Het gaat over de “relatie opdrachtgever – nemer GS-Omgevingsdienst”, de “informatieverschaffing aan GS en PS” en “bestuurlijke sensitiviteit”. Die laatste schiet tekort bij de RUD, valt er te lezen - want ze voeren vooral de wet- en regelgeving uit. O schande!

Het rapport gaat alleen over de administratieve omgeving. Geschreven door een administratief adviesbureau, niet door een bureau met inhoudelijke procestechnische- of milieu-kennis. Accountants in plaats van ingenieurs. Het is meer dan 50 pagina’s management speak en consultants mumbo-jumbo, dat, begrijpelijkerwijs in de Controle Commissie (waarom werd het daar uberhaupt behandeld?) vooral tot gaap-reacties aanleiding gaf. Alleen dankzij volhouden van de SP is het op de agenda van RLN gekomen, waar het natuurlijk meteen al naar toe had gemoeten. Dit is geen “controle” kwestie, het is een inhoudelijke handhavingskwestie. Daarop was de motie gericht.

Voorzitter, wat heeft dit rapport wel niet gekost? Hoeveel toezichthouders, met hun voeten in de modder, hadden hiervan betaald kunnen worden, om het toezicht meteen vorig jaar al op een hoger peil te brengen?

Voorzitter, dit rapport is inderdaad, zoals de meesten in de Controle Commissie vonden, geen bespreking waard. Maar dan omdat het geen uitvoering is van de motie - dat is een kwalijke zaak, en dat valt het college aan te rekenen. Maar ook onszelf als PS, als we het hierbij zouden laten. De Partij voor de Dieren zal dan ook voorstellen om niet nog meer geld te verspillen, maar om in de volgende RLN de rapportage Aartsen te bespreken. Dit rapport schetst waar het beter moet, op alle niveaus. Dat gaat bijvoorbeeld om stevigere omgevingsdiensten, onafhankelijke inspectie als tegenwicht voor de uitvoering, voldoende mensen, middelen en opleiding, en een beter samenspel tussen Rijk en regionale overheden. Die conclusie geldt voor het hele land, dus ook voor de RUD’s in Limburg.

Dank u wel.