Bijdrage Plusquin Ontstane politieke situatie afge­treden gede­pu­teerden Vrehen-affaire


2 april 2021

Voorzitter,

Wie dacht dat er met de parlementaire enquête naar het handelen van dhr. Koopmans een einde was gekomen aan de integriteitsproblemen van de provincie, is van een ijskoude kermis thuisgekomen. Exact een kwart eeuw na het uitkomen van de “Vriendenrepubliek” hebben de NRC-artikelen over de ex-gedeputeerde, zijn functioneren bij het IKL, het netwerk van zijn politieke partij en de rol van de provincie als subsidieverlener en opdrachtgever, eenieder uit die droom geholpen.

Daaruit komt een beeld naar voren van ongekende vriendjespolitiek, een zichzelf bedienend partijnetwerk en last but not least zelfverrijking op kosten van de gemeenschap. Hieruit hebben de vertrekkende gedeputeerden terecht de conclusie getrokken dat hun positie onhoudbaar is.

Zelfverrijking in een sector, natuur en landschap, die de Partij voor de Dieren zeer nauw aan het hart ligt. Waarin ieder dubbeltje normaal gezien drie keer moet worden omgedraaid. Waar een “management-opslag” van 20% op loonkosten en een boven-normaal inkomen van een directeur extra hard aankomt. Een sector waar nu een smet op rust, waardoor duizenden IKL-vrijwilligers straks op verjaardagsfeestjes nauwelijks nog voor hun passie zullen durven uitkomen.

Voorzitter, met regelmaat hebben wij vragen gesteld over integriteitskwesties, op basis van signalen die wij kregen. Recent nog over een gronddeal waarbij ook een bestuurder van de betreffende partij betrokken was - maar de antwoorden zijn, onder verantwoordelijkheid van de CdK, al twee keer verdaagd. Geheel onverwacht komt deze affaire dus niet voor ons.

De Partij voor de Dieren neemt dit alles heel zwaar op. Het kan nu niet meer business as usual zijn.

Een breder onderzoek is nodig naar de bestuursstijl, en naar de regels en procedures over de integriteit van het provinciebestuur. Niet alleen terugkijkend of die door de voorzitter van het verantwoordelijke college, de CdK, voldoende zijn bewaakt. Maar ook of de CdK zijn zelfstandige wettelijke taak geborgd heeft om de bestuurlijke integriteit van de provincie te bevorderen (art. 175 lid 2 Provinciewet).

Ook extern, bij stichting IKL, moet de onderste steen boven. Het wekt het geen vertrouwen dat de voorzitter van de onderzoekscommissie geen integriteitsonderzoeker maar “reputatiemanager”’ is, en ook nog eens nauwe persoonlijke banden heeft met een prominent lid van de partij waartoe dhr. Vrehen behoort (inmiddels moet ik zeggen: behoorde). Hiermee wordt de schijn van belangenverstrengeling, en dat het voor de betrokken politieke partij kennelijk vooral om schadebeperking draait, niet vermeden.

Wat betreft het college van GS is er een bijzondere situatie ontstaan.

Wij stellen vast dat het college als geheel, en dus elke gedeputeerde afzonderlijk, voor de integriteitsproblemen verantwoordelijkheid draagt. Dat is het collegialiteitsbeginsel. Daarmee is naar onze opvatting de grond onder het vertrouwen in het huidige college weggeslagen. Er zal een nieuw college moeten komen, wat de Partij voor de Dieren betreft opnieuw op extraparlementaire basis, met een volwaardige invulling van alle posities.

Daarbij kunnen, dat moge duidelijk zijn, de huidige gedeputeerden opnieuw solliciteren. Maar dan niet als enigen. En de staten beslissen uiteindelijk.

Daarbij kan het niet zo zijn dat, o wonder, 5 gedeputeerden nu in een keer het werk kunnen doen van 7. En dat nog bijna 2 jaar lang…

En dat daarbij de o zo belangrijke landbouwportefeuille, en de stikstofaanpak (ook essentieel voor andere sectoren) er bij een andere gedeputeerde even bijgestopt wordt.

Ook het natuurbeleid doe je er niet zomaar even bij. Zeker na deze affaire. Het zou een grove onderschatting van het belang hiervan, voor alle Limburgers, zijn.

Er moet een aparte gedeputeerde voor duurzame landbouw komen en natuur komen, die van de hoed en de rand weet en luistert naar waar de samenleving om vraagt. Wij kennen genoeg geschikte kandidaten.

Een ding staat vast, business as usual kan niet meer. Niet wat betreft integriteit. En niet wat betreft duurzaamheid. Dat zijn kernwaarden waar de Partij voor de Dieren voor staat.

Dank u wel.