Geitenhouderij (voortzetten bouwstop)
Na de voorbereidingsbesluiten moeten we nu als Staten komen tot een regeling in de Verordening.Echter, het voorstel dat GS heeft voorgelegd vertoont een aantal ernstige gebreken. Principieel, technisch, qua toelichting (die eenzijdig is), en wat betreft het in de loop van de tijd steeds verder uitdijende, en nu bijzonder ruim bemeten overgangsrecht.
Principieel, omdat er via een afwijkingsmogelijkheid gebroken wordt met het principe “geen geiten erbij totdat het gezondheidsonderzoek is afgerond”. Die afwijkingsmogelijkheid wordt gegeven voor uitbreidingen “als er maar een verbetering is wat betreft ammoniak en fijnstof-emissies”. Omdat die – zo stelt GS met haar gezondheidskundige kennis, die kennelijk groter is dan die van de instellingen die het gezondheidsonderzoek uitvoeren -, omdat die waarschijnlijk te maken hebben met de gezondheidsrisico’s.
Maar daar loopt nou juist het onderzoek naar, wat de exacte oorzaken zijn van de geconstateerde hogere gezondheidsrisico’s. Om daar op vooruit te lopen is in strijd met de geest van de door PS genomen besluiten. En ook met het principe, zoals het in het Statenvoorstel zelf staat, dat binnen twee kilometer geen verslechtering voor bestaande objecten mag zijn. Graag een reactie hierop: weet GS het beter dan de onderzoeksinstellingen?
En dan een technisch punt. Hierbij wordt dan wel, op zich terecht, de eis gesteld dat er elders minder geiten komen: een andere geitenhouderij moet “volledig zijn beëindigd”. Compenserende sluiting zou je dat kunnen nomen. Maar er staat in die bepaling niets over aantallen. Op die manier kan een bestaande geitenhouderij fiks worden uitgebreid, terwijl een andere veel kleinere geitenhouderij wordt gesloten. willen GS vragen om deze technische fout te herstellen.
Nog voor de a.s. Statenvergadering, omdat immers de Staten eerder duidelijk het principe “geen geit erbij” hebben uitgesproken.Heel opmerkelijk is ook dat GS in de toelichting eenzijdig uitgebreide passages besteden aan juridische risico’s en mogelijke planschade claims. En daarover aan de landsadvocaat ook nog om een (kostbaar en) geheim advies hebben gevraagd. Dat terwijl van die risico’s in geen enkele andere provincies iets is gebleken, ook in de provincies die ons voor waren.
Nergens zijn procedures tegen de uitbreidingsstop ingesteld. Natuurlijk niet, zou ik zeggen, want het gaat om een in principe tijdelijke maatregel, totdat de gezondheidsonderzoeken zijn afgerond. Tot die tijd hebben provincies het volste recht hun burgers te beschermen tegen risico’s die klip en klaar, en herhaaldelijk, wetenschappelijk zijn vastgesteld.De intentie van GS om er kennelijk nog zoveel mogelijk nog onderuit te komen zien we ook aan het overgangsrecht. Dat is in de loop van de tijd steeds verder uitgedijd.
We begonnen in mei jl. nog met een bepaling die alleen en uitsluitend overgangsrecht regelde voor ontvankelijke aanvragen. Dat is ook de manier -en het is belangrijk om dat vast te stellen dat is ook de manier, waarop het in andere provincies is geregeld. Maar nu kiest GS van Limburg ervoor iedere voor 20 december 2018 ingediende aanvraag, hoe gebrekkig en onvolledig ook, onder het overgangsrecht valt. Ook al zijn de gegevens, en onderzoeken die nodig zijn, om van een concreet initiatief te kunnen spreken, er nog niet bij geleverd.
Bij wijze van spreken kan een papiertje met de juiste adresgegevens volstaan! Daarom zouden we het zo moeten regelen als in de andere provincies en de eis van een ontvankelijke aanvraag blijven stellen. Er is nu al veel onbegrip bij burgers, zie de mails die we hebben gekregen over de stal in Altweerderheide, onbegrip over het om puur juridische redenen doorgaan van plannen. Ondanks het verbod op nieuwvestiging, omvorming en uitbreiding. Dat schept een kloof met het provinciebestuur.
Die kloof wordt nog groter als er door versoepeld overgangsrecht nog meer plannen door de mazen van het net glippen. Is GS bereid die eis van ontvankelijkheid van de aanvraag weer in het voorstel op te nemen?Ik heb het al aangegeven: het is al niet aan burgers uit te leggen, zoals bij de stal in Altweerderheide, dat alleen maar een aanvraag, voldoende zou kunnen zijn om aan de door de Staten bedoelde gezondheidsbescherming voor omwonenden te ontkomen.
NB op de plek van een stal die al jaren buiten gebruik is, en die dus in feite op nieuwvestiging neerkomt. De Partij voor de Dieren is dan ook van mening dat overgangsrecht principieel alleen zou moeten gelden voor al verleende (ontwerp-)vergunningen. Zoals het in Brabant geregeld is. Diegenen die alleen nog maar een aanvraag hebben ingediend, zullen moeten wachten tot de gezondheidsonderzoeken zijn afgerond. Daarvoor zullen we een amendement indienen. Om recht te doen aan de wil van de Staten om de gezondheid van de Limburgers afdoende te beschermen.
Pascale Plusquin
Partij voor de Dieren
Interessant voor jou
Speech Peter Loomans over Greenport Campus Venlo
Lees verderBeleidsregels Stikstof
Lees verder