Bijdrage Loomans Sturing in Samen­werking 3.0


5 februari 2021

Voorzitter,

Als provinciebestuur vervullen wij een voorbeeldfunctie. Daarom vinden wij het belangrijk dat er zakengedaan wordt met betrouwbare partners. Dat we weten met wie we zakendoen, en wat we kunnen verwachten. In het kader van deze Know Your Customer-procedure is het voor ons van belang om geen zaken te doen met partijen die betrokken zijn bij milieuschade en -schandalen.

We zijn dan ook blij dat ook het college dit inziet. Dat ook de gedeputeerde aangeeft dat dit “een factor is die je moet meewegen”. Na behandeling in de commissie is het Statenvoorstel hierop aangepast, waarvoor dank.

Echter, die aanpassing beslaat slechts één zin toegevoegd aan paragraaf 4.4 van het Statenvoorstel. Ik citeer: “De benodigde (milieu)vergunningen of verzekeringen worden, waar dat nodig is in projecten, behandeld bij de beoordeling van het businessplan en er wordt getoetst of er overtredingen zijn op milieuverontreiniging.” Milieuvergunningen worden dus enkel “waar dat nodig is” behandeld bij de beoordeling van het businessplan en er “wordt getoetst of er overtredingen zijn”. Dat schept voor ons weinig duidelijkheid. Wordt er door het college altijd getoetst aan de voorwaarden van milieuvergunningen, of enkel “waar dat nodig is”? En als blijkt dat er overtredingen zijn begaan op milieugebied is dit dan reden om geen samenwerking aan te gaan? Misschien kan de gedeputeerde hier duidelijkheid over verschaffen?

Dan, voorzitter, en ik had het al over onze voorbeeldfunctie: waar investeren we in met dit investeringsbeleid? Of beter: waar investeren we niet in? Daarover blijven wij met dit Statenvoorstel met veel vragen zitten.

Bij de behandeling in de commissie hebben wij aangegeven dat we als Provincie geen geld zouden moeten willen verdienen met investeringen die klimaatverandering, biodiversiteitsverlies en de stikstofcrisis verergeren. Daarbij gaven we aan dat met name investeringen in fossiele energie, of die bijdragen tot een toename van CO2-emissies, steeds risicovoller worden.

We moeten alles doen, binnen alle sectoren, om in 2050 55% minder broeikasgassen uit te stoten. Dit wordt bevestigd door het vorige week verschenen rapport “Bestemming Parijs” van een ambtelijke stuurgroep, ingesteld door het huidige kabinet. Deze studiegroep concludeert dat het volgende kabinet rekening moet houden met een verdubbeling van de klimaateisen voor industrie, energie, vervoer, gebouwen en de landbouw.

Het lijkt ons daarom, ook op basis van financieel gezond verstand, wenselijk om met ons provinciaal investeringsbeleid NU alvast te anticiperen op aanvullende klimaatmaatregelen die ongetwijfeld gaan komen. Immers, ook in Limburg ondervinden wij al elke dag de gevolgen van de opwarming van de aarde. Of het nu overstromingen, warme winters of natuurlijk zoönosepandemieën zijn… allemaal zijn ze volgens vooraanstaande wetenschappers onlosmakelijk verbonden met klimaatverandering.

Daarom is het belangrijk dat we nú slimme keuzes maken om hier wat aan te veranderen. Dat we met investeringskeuzes duidelijk maken dat we niet langer deel uit maken van een fossiele maatschappij. Zodat ook wij hier in Limburg slim investeren in de toekomst.

Wij willen het college daarom, nogmaals, vragen om de provincie Limburg niet langer te laten investeren in projecten die leiden tot een toename van de CO2-emissies. En hierover expliciet een passage op te nemen in dit Statenvoorstel. Graag een reactie van de gedeputeerde.

Dank u wel.

Interessant voor jou

Inbreng Loomans Vaststellen Gedragscode integriteit GS Limburg

Lees verder

KLAAGSCHRIFT EX ART. 12 Sv JEGENS DE BESLISSING GEGEVEN DOOR HET OPENBAAR MINISTERIE TE MAASTRICHT D.D. 19 FEBRUARI 2021

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer