Technische Vragen Actualisering Provinciale Omgevingsvisie Limburg 2025
Indiendatum: 22 apr. 2025
Technische vragen van Partij voor de Dieren naar aanleiding van het document bij sonderende bespreking actualisering POVI (25 april 2025)
Blz 2: Wie zijn de stakeholders die geconsulteerd zijn en hoe vaak per stakeholder. Wie zijn de vrienden van de POVI en wat is de aard van hun inbreng?
Op blz 5 staat: specifieke gebieden die om extra inzet vragen t.a.v. natuur, water en klimaat. In de Limburgse situatie gaat het met name om beekdalen, zones rondom Natura 2000 gebieden, en gebieden waaruit afspoeling van nitraat, fosfaat en gewasbeschermingsmiddelen verminderd moet worden (min of meer de huidige groenblauwe mantel.)
Blz 7 staat”We adviseren de oude kaartlagen te behouden en deze te actualiseren naar de huidige feitelijke situatie. Nieuwe kaartlagen worden enkel toegevoegd als dit aantoonbaar bijdraagt aan één van de doelen uit het coalitieakkoord. Dit geldt ook ten aanzien van natuurherstel in relatie tot water. Ten aanzien van overgangsgebieden is het in die zin ook logisch om maatwerk te leveren en deze zo smal of breed te maken als de kwetsbaarheden in het gebied om vragen. Zodoende zijn deze niet enkel gericht op restricties, maar ook gericht op investering.
Naar aanleiding van bovenstaande teksten op blz 5 en 7 de volgende vragen.:
- Kunnen jullie op een kaart zichtbaar maken waar de groenblauwe mantel nu ligt in Limburg, bijvoorbeeld zoals ook op de kaart voor de aanpassing voor de waterbeschermingsgebieden lijnen en kleuren zijn aangegeven?
- Klopt het dat de groenblauwe mantel exclusief de Natura2000 gebieden is? Betekent dit dat Beekdalen die geen Natura2000 gebied zijn, onderdeel zijn van de groenblauwe mantel. Welke Beekdalen zijn dit?
- Kunnen op de hierboven gevraagde kaart de Natura2000 gebieden worden aangegeven?
- Hoe breed zijn de zones rondom de Natura2000 gebieden in de huidige groenblauwe mantel?
- Vermindering van afspoeling van nitraat, fosfaat en gewasbeschermingsmiddelen is ook nodig voor het behouden van de kwaliteit van ons (drink) water. Vallen de huidige waterbeschermingsgebieden ook onder de groenblauwe mantel?
- In de informatie bijeenkomsten over het POVI proces heb ik begrepen dat de groenblauwe mantel alleen een gebiedsaanduiding is, maar dat de huidige omgevingsverordening geen specifieke voorwaarden kent en dat er ook geen stimuleringsbeleid voor de groenblauwe mantel geldt. Als dit niet correct is dan graag welke voorwaarden in de omgevingsverordening staan dan welk stimuleringsbeleid van toepassing is op de groenblauwe mantel.
- De Groenblauwe Mantel zou opnieuw op te bouwen zijn (met o.a. duidelijke uitleg omgrenzing en een nieuwe naam). Wat wordt met het woord op te bouwen bedoeld. Is het bedoeld als er komt iets bij of gaan we een ander gebied intekenen. Wat wordt daarbij bedoeld met (actualiseren) naar de huidige feitelijke situatie. Welke feiten zijn dan veranderd?
- Wat wordt bedoeld met overgangsgebieden? Van wat naar wat?
- Op welke aspecten richt zich het maatwerk?
Wat wordt bedoeld met dat maatwerk ook mogelijkheden geeft op gericht te zijn op investeringen?Kunt u aangeven waar de kaartlagen van het DSO te vinden zijn?
Op blz 6 staat: ontwikkelen van ondernemersplannen in aandachtsgebieden.
- Welke gebieden worden bedoeld?
- Wat voor investeringen worden bedoeld?
- Wat wordt bedoeld met “Dit geldt ook ten aanzien van natuurherstel in relatie tot water?
- Blz 6: kunnen jullie aangeven waar de regels voor natuurbeekzones precies te vinden zijn. Wat zijn natuurbeekzones?
- Bladzijdes 6 en 7. Welk percentage draagt de landbouw in Limburg bij aan de Limburgse economie. Is GS uitgegaan van de cijfers ven Platform vitale landbouw – waar 8% staat?
- Welke uitgangspunten zijn gebruikt bij de stelling dat Limburg nooit alle Limburgse monden kan voeden?
- Op blz 7 staat dat sinds 2000 de hoeveelheid grasland in Limburg met 13% is afgenomen. Wat is daar de oorzaak van?. Wat is de overweging om hierin een trendbreuk te creëren en wat heeft grasland te maken met daadwerkelijk perspectief voor de agrariers? Heeft dit grasland als doel veevoer? Of gaat het om natuurrijk of nat grasland?
- Op blz 7 bij overwegingen het bulletpoint “een integrale aanpak” . Bij dit bulletpunt is de tekst vanaf “in samenhang …………grondposities” niet duidelijk. Wat wordt bedoeld. Woorden als integraal, kansen en verbindingen, gebiedsprocessen zijn verschillend te interpreteren. Wat is de relatie met de grondposities en van wiens grondposities?
- Op blz 7 bij voorlopig advies staat “en zijn nieuwe niet landbouwontwikkelingen niet toegestaan”. Wordt hiermee bedoeld dat nieuwe natuur ook niet is toegestaan in de Groenblauwe Landbouwzone.
- Op blz 7 en bovenaan 8 wordt gesproken over dat areaaluitbreiding van natuur alleen aan kaarten toe te voegen als het aantoonbaar bijdraagt aan een van de doelen uit het coalitieakkoord. Wordt hiermee bedoeld dat de wettelijke opgave voor uitbreiding van het NNL en de groenblauwe dooradering al volledig in de oude kaartlagen zijn opgenomen?
- Op blz 8 staat intrekgebieden Natura 2000. Wat zijn dit?
- Blz 8: Kan de nieuwe kaart overgangsgebieden rondom kwetsbare Natura 2000 gebieden beschikbaar gesteld worden?
Blz 9: Wordt met productie van voedingsmiddelen bedoeld dat dit water alleen gebruikt mag worden als het met voedingsmiddelen in aanraking komt of mag dit water voor alle functies in de voedingsmiddelen productie gebruikt worden?
Discussieblad 9a, 9b en 10:
Aan het einde van bladzijde 14 lijkt het alsof de afbakening van de Groenblauwe Landbouwzone (of Groenblauwe Mantel) een andere afbakening kent als op blz 5 staat. Op bladzijde 14 wordt de Groenblauwe landbouwzone uitgebreid met bufferzones tegen verdroging rond Natura2000 gebieden genoemd. Uit de omschrijving op blz 5 staat dat de zones rondom Natura2000 onderdeel zijn van de Groenblauwe mantel.
Zijn bufferzones wat anders dan de zones bedoeld op blz 5?
Ook wordt aangegeven dat sommige gebieden langs en tussen het Natuurnetwerk Limburg onderdeel zijn van de Groenblauwe Landbouwzone. Op bladzijde 5 wordt het woord bestaande natuurgebieden gebruikt. (niet Natura2000).
Op blz 16 en 17 staan veel verschillende gebieden benoemd. Het is niet duidelijk voor welk gebied welke lijn wordt uitgezet. Alleen voor het Nationaal Landschap Zuid Limburg worden de kernkwaliteiten aangegeven. En op blz 16 wordt daar de Groenblauwe landbouwzone bij genoemd.
In de groenblauwe landbouwzone vallen toch de zones om de Natura2000 gebieden?
Maar de andere Nationale parken, ook Natura2000 toch wordt afhankelijk van het Rijk een vergelijkbare rol overwogen. Alleen de Meinweg Roerdal wordt daarbij genoemd, maar niet de Maasduinen en De Groote Peel.
- Blz 17 Wordt het verbinden van de Natura2000 gebieden vormgegeven door de groenblauwe dooradering?
- Dooradering vraagt toch ook ruimte?
- Wat is de overweging om de groenblauwe dooradering niet als doel mee te nemen, maar te beschouwen als een middel?
- Is hiermee de doelstelling van het NPLG/LPLG om 10% groenblauwe dooradering te realiseren ook door GS losgelaten?
- Wat zijn de definities van intensieve en extensieve landbouw in het onderliggende document actualisering POVI?
Indiendatum:
22 apr. 2025
Antwoorddatum: 24 apr. 2025
Technische vragen van Partij voor de Dieren naar aanleiding van het document bij sonderende bespreking actualisering POVI (25 april 2025)
Blz 2: Wie zijn de stakeholders die geconsulteerd zijn en hoe vaak per stakeholder. Wie zijn de vrienden van de POVI en wat is de aard van hun inbreng?
ANTWOORD
Alle 31 gemeenten, Waterschap, Veiligheidsregio's: Via POVI bijeenkomsten drie keer, via de thematische lijn volgens de reguliere ambtelijke en reguliere overleggen. Daarnaast met POVI sleutelpersonen eens in de 4 weken (Venlo, Venray, Weert, Roermond, Maastricht, Sittard-Geleen, Middengebied Gemeenten ZL, Parkstad, Waterschap) Maatschappelijke organisaties & Stakeholders (zo'n 40 deelnemers tijdens stakeholders diner): Via POVI bijeenkomsten twee keer. Via de thematische lijn volgens de reguliere zowel ambtelijke als bestuurlijke overleggen. Daarnaast separate overleggen met o.a. LLTB, LAJK, NMF, terreinbeherende organisaties, Molenstichting, WML. Vrienden van de POVI: Dit is een op te vragen lijst van 82 personen die organisaties en/ of netwerken vertegenwoordigen. Sowieso betreffen dit bovengenoemde organisaties.
Op blz 5 staat: specifieke gebieden die om extra inzet vragen t.a.v. natuur, water en klimaat. In de Limburgse situatie gaat het met name om beekdalen, zones rondom Natura 2000 gebieden, en gebieden waaruit afspoeling van nitraat, fosfaat en gewasbeschermingsmiddelen verminderd moet worden (min of meer de huidige groenblauwe mantel.)
Blz 7 staat”We adviseren de oude kaartlagen te behouden en deze te actualiseren naar de huidige feitelijke situatie. Nieuwe kaartlagen worden enkel toegevoegd als dit aantoonbaar bijdraagt aan één van de doelen uit het coalitieakkoord. Dit geldt ook ten aanzien van natuurherstel in relatie tot water. Ten aanzien van overgangsgebieden is het in die zin ook logisch om maatwerk te leveren en deze zo smal of breed te maken als de kwetsbaarheden in het gebied om vragen. Zodoende zijn deze niet enkel gericht op restricties, maar ook gericht op investering.
Naar aanleiding van bovenstaande teksten op blz 5 en 7 de volgende vragen:
Kunnen jullie op een kaart zichtbaar maken waar de groenblauwe mantel nu ligt in Limburg, bijvoorbeeld zoals ook op de kaart voor de aanpassing voor de waterbeschermingsgebieden lijnen en kleuren zijn aangegeven?
ANTWOORD:
De kaartlagen zijn beschikbaar bij de inzage van de ontwerp POVI. Dit betreft niet de Groenblauwe Mantel. Binnen de nieuwe zonering bestaat die niet meer.
- Klopt het dat de groenblauwe mantel exclusief de Natura2000 gebieden is?
ANTWOORD:
Ja dit klopt.
Betekent dit dat Beekdalen die geen Natura2000 gebied zijn, onderdeel zijn van de groenblauwe mantel. Welke Beekdalen zijn dit?
ANTWOORD:Meestal wel, maar niet alle beekdalen zijn volledig onderdeel van de Groenblauwe Landbouwzone. Daarop is zichtbaar welke (delen van) beekdalen wel en geen onderdeel zijn van de Groenblauwe Landbouwzone.
Kunnen op de hierboven gevraagde kaart de Natura2000 gebieden worden aangegeven?
ANTWOORD:De kaartlagen, waaronder Nature2000, zijn beschikbaar bij de inzage van de ontwerp POVI.
Hoe breed zijn de zones rondom de Natura2000 gebieden in de huidige groenblauwe mantel?
ANTWOORD:In de huidige groenblauwe mantel zijn geen sluitende zones rond N2000 gebieden opgenomen. Vaak sluit de groenblauwe mantel wel aan bij de N2000 gebieden, maar dan is er geen sprake van een vaste breedte. Voor de nieuwe zonering zal per gebied worden bekeken wat nodig is voor de opgaven die er liggen (stikstof, hydrologisch, doelsoorten).
Vermindering van afspoeling van nitraat, fosfaat en gewasbeschermingsmiddelen is ook nodig voor het behouden van de kwaliteit van ons (drink) water.
- Vallen de huidige waterbeschermingsgebieden ook onder de groenblauwe mantel?
ANTWOORD:
De grondwaterbeschermingsgebieden maken geen onderdeel uit van de groenblauwe landbouwzone. De grondwaterbeschermingsgebieden zijn een eigenstandige (kaart)laag en lopen door de verschillende zoneringen heen (primair landbouwgebied, natuurnetwerk, verwevingsgebied, groenblauwe landbouw zone).
In de informatie bijeenkomsten over het POVI proces heb ik begrepen dat de groenblauwe mantel alleen een gebiedsaanduiding is, maar dat de huidige omgevingsverordening geen specifieke voorwaarden kent en dat er ook geen stimuleringsbeleid voor de groenblauwe mantel geldt. Als dit niet correct is dan graag welke voorwaarden in de omgevingsverordening staan dan welk stimuleringsbeleid van toepassing is op de groenblauwe mantel.
ANTWOORD:
Dit is incorrect: voor de huidige Groenblauwe Mantel geldt een motiveringsplicht. Dit betekent dat er bij nieuwe ruimtelijke plannen gemotiveerd moet worden hoe er rekening wordt gehouden met bestaande landschappelijke waarden en natuurwaarden en natuurlijke verbindingen. Er zijn momenteel echter geen eisen verbonden aan deze motivering. Daarnaast geldt er een compensatieplicht als bestaande natuurwaarden verloren gaan. Artikel 7.5 Kernkwaliteiten de groenblauwe mantel • 1. De kernkwaliteiten in de groenblauwe mantel zijn: o a.het groene karakter; o b.het visueel-ruimtelijk karakter; o c.het cultuurhistorisch erfgoed; o d.het reliëf; o e.ruimte voor water en waterberging in de laagten en beekdal. • 2. De kernkwaliteiten in de groenblauwe mantel zijn nader uitgewerkt in bijlage VIII. Artikel 7.6 Instructieregels kernkwaliteiten in de groenblauwe mantel De motivering bij een omgevingsplan dat betrekking heeft op een gebied in de groenblauwe mantel beschrijft: • a.de in het plangebied aanwezige kernkwaliteiten in de groenblauwe mantel; • b.de waarde van het plangebied als ecologische verbinding tussen gebieden gelegen binnen het Natuurnetwerk Limburg in het bijzonder met het oog op de impact voor de in het aanwijzingsbesluit aangewezen habitattypen en soorten in de Natura 2000 -gebieden (inclusief Natura 2000-gebieden ondergrondse kalksteengroeven) en overige bedreigde soorten die er hun leefgebied hebben; • c.de waarde van het plangebied met het oog op de instandhouding van de natuurdoeltypen in de aangrenzende gebieden van het Natuurnetwerk Limburg; • d.de waarde van het plangebied voor het bieden van ruimte voor water en als waterberging in laagten en beekdal en • e.de wijze waarop rekening is gehouden met de waarden onder a tot en met d; • f.hoe op gebiedsniveau per saldo geen kwaliteitsverlies plaatsvindt van de waarden onder a tot en met d. • g.hoe de negatieve effecten zijn gecompenseerd. Bij de compensatie van de negatieve effecten op natuurwaarden met de kernkwaliteit “het groene karakter” worden de regels opgenomen in Bijlage IX gevolgd.
De Groenblauwe Mantel zou opnieuw op te bouwen zijn (met o.a. duidelijke uitleg omgrenzing en een nieuwe naam).
- Wat wordt met het woord op te bouwen bedoeld. Is het bedoeld als er komt iets bij of gaan we een ander gebied intekenen?
Wat wordt daarbij bedoeld met (actualiseren) naar de huidige feitelijke situatie?
Welke feiten zijn dan veranderd?ANTWOORD VRAGEN 9 EN 10:
Momenteel is de Groenblauwe mantel één gebied. Het is daarom niet altijd duidelijk waarom een gebied tot de groenblauwe mantel behoort. De verschillende kaartlagen zijn nu niet gemakkelijk raadpleegbaar en niet duidelijk omschreven is welke doelen er in specifieke gebieden nagestreefd worden. Van de doelen die we nastreven binnen de voormalige groenblauwe mantel zijn nu verschillende kaartlagen gemaakt. Daarnaast is toegelicht welke doelen we precies nastreven in welke gebieden. Het gaat bijvoorbeeld om de kaartlaag ‘Beekdalen’ of de kaartlaag ‘Steile hellingen’. Alle kaartlagen zijn geactualiseerd naar de huidige situatie. Daardoor wordt voor een initiatiefnemer makkelijker om te zien waar een onderbouwing voor aangeleverd moet worden. De onderbouwing wordt daarmee specifieker en gemakkelijker. Daarnaast zijn er twee nieuwe kaartlagen (doelen) toegevoegd. Omdat de wijze van werken totaal anders is dan voorheen, en omdat we vinden dat met enkel groen en blauw, we niet laten zien dat hier ook veel landbouw plaats vindt, zijn we van mening dat dit ook een andere naam behoeft. We spreken daarom binnen de nieuwe zonering van Groenblauwe Landbouw Zone (GBLZ).
Wat wordt bedoeld met overgangsgebieden? Van wat naar wat?
ANTWOORD:
De gebieden rondom de Natura 2000-gebieden.
Op welke aspecten richt zich het maatwerk?
ANTWOORD:
Het maatwerk richt zich op de specifieke kwetsbaarheden in het gebied en de mate van bescherming die deze nodig hebben. Hierbij wordt bijvoorbeeld gekeken n7:ar de hydrologische omstandigheden, maar ook aanwezige habitattypen en soorten.
Wat wordt bedoeld met dat maatwerk ook mogelijkheden geeft op gericht te zijn op investeringen?
ANTWOORD:
Er zou voor gekozen kunnen worden om de Rijksmiddelen voor natuurherstel (bv voor Hydrologisch herstel) of agrarische natuurbeheer te concentreren in deze zones. Zodat er daarmee een gerichte impuls gegeven kan worden aan het herstel van de natuur in het betreffende Natura 2000 gebied.
Kunt u aangeven waar de kaartlagen van het DSO te vinden zijn?
ANTWOORD:De kaartlagen zijn beschikbaar bij de inzage van de ontwerp POVI.
Op blz 6 staat: ontwikkelen van ondernemersplannen in aandachtsgebieden.
Welke gebieden worden bedoeld?
ANTWOORD:
De toelichting bij de definitie van ‘aandachtsgebied’ zoals de term wordt gebruikt in deze discussiebladen staat benoemd in het blokje ‘Toelichting (vervolg) /aanvullende context’ op pagina 5 bovenaan.
Wat voor investeringen worden bedoeld?
ANTWOORD:
Er vanuit gaande dat met deze vraag wordt verwezen naar pagina 7: met investeringen wordt bedoeld: het doen van investeringen om bedrijfsontwikkeling mogelijk te maken (die ten dienste staat van groenblauwe landbouwontwikkeling).
Wat wordt bedoeld met “Dit geldt ook ten aanzien van natuurherstel in relatie tot water?
ANTWOORD:
Natuurherstel dat beïnvloed wordt door de mate van waterkwaliteit en kwantiteit.
Blz 6: kunnen jullie aangeven waar de regels voor natuurbeekzones precies te vinden zijn. Wat zijn natuurbeekzones?
ANTWOORD:
De regels voor de zone natuurbeek zijn te vinden in de Provinciale Omgevingsverordening, artikel 8.9 De zone natuurbeek is een zone van 25 meter aan weerzijden van nog her in te richten beken. Deze zone is ingesteld om de her in te richten zone te beschermen en ongewenste ontwikkelingen, die de herinrichting van de beek kunnen frustreren, te voorkomen. Dit middels een motiveringsplicht.
Bladzijdes 6 en 7.
Welk percentage draagt de landbouw in Limburg bij aan de Limburgse economie. Is GS uitgegaan van de cijfers ven Platform vitale landbouw – waar 8% staat?
ANTWOORD:
Uitgaande van het onderzoek van BCI dat in april 2023 naar uw Staten is gestuurd (GS DOC 00445636), wordt de economische bijdrage van het agrofood cluster in Limburg geschat op 9% van de totale Limburgse economie. Dit betreft een brede afbakening, incl retail en foodservice. Exclusief deze sectoren betreft het een bijdrage van 4%
Op het CBS staat voor voor landbouw, bosbouw en visserij samen voor Limburg 2,6 %. [link] De regionale economie 2021 | CBS
Welke uitgangspunten zijn gebruikt bij de stelling dat Limburg nooit alle Limburgse monden kan voeden?
ANTWOORD:
Hierbij is gebruik gemaakt van de cijfers van het Compendium voor de Leefomgeving. Zij hebben in februari van dit jaar een update van het mondiaal landgebruik door Nederlandse consumptie berekend. Voor voeding geldt dat deze op 0,2 hectare per persoon per jaar ligt. Omgerekend naar het aantal inwoners van Limburg (1,13 mio) betekent dat een oppervlakte van 226.000 ha. Dat is meer dan het totale oppervlak van de provincie (220.900 ha)
Op blz 7 staat dat sinds 2000 de hoeveelheid grasland in Limburg met 13% is afgenomen. Wat is daar de oorzaak van?. Wat is de overweging om hierin een trendbreuk te creëren en wat heeft grasland te maken met daadwerkelijk perspectief voor de agrariers? Heeft dit grasland als doel veevoer? Of gaat het om natuurrijk of nat grasland?
ANTWOORD:
Een melkveehouder is afhankelijk van (beschikbaarheid van) grasland om zijn vee te voederen en om zijn mest kwijt te kunnen. Hoe meer graslandareaal ‘onder’ zijn bedrijf zit ten opzichte van het aantal dieren dat hij houdt, hoe meer extensief de bedrijfsvoering is. Daarnaast is het een gewas dat zorgt voor, onder andere, meer biodiversiteit, beter watervasthoudend vermogen en minder nutriëntuitspoeling ten opzichte van intensieve akkerbouwgewassen als aardappelen, uien of sierteelten. De netto opbrengstwaarde van grasland is daarentegen wel een stuk lager dan de intensieve teelten. Dit wordt nog lager op het moment dat er strengere bemestingsregimes gelden.
Op blz 7 bij overwegingen het bulletpoint “een integrale aanpak” . Bij dit bulletpunt is de tekst vanaf “in samenhang …………grondposities” niet duidelijk. Wat wordt bedoeld. Woorden als integraal, kansen en verbindingen, gebiedsprocessen zijn verschillend te interpreteren. Wat is de relatie met de grondposities en van wiens grondposities?
ANTWOORD:
Beantwoording van de vraag heeft ivm afwezigheid collega meer tijd nodig.
Deze passage is een pleidooi om VAB's niet als individuele casussen te bezien, maar juist gebiedsgericht in samenhang: welke bedrijven stoppen? welke gaan door? Wat betekent dat voor vrijkomende gebouwen en bijbehorende gronden. Waar is onderlinge versterking mogelijk?
Op blz 7 bij voorlopig advies staat “en zijn nieuwe niet landbouwontwikkelingen niet toegestaan”. Wordt hiermee bedoeld dat nieuwe natuur ook niet is toegestaan in de Groenblauwe Landbouwzone.
ANTWOORD:
De uitspraak betreft de primaire landbouwzone. Bij ontwikkeling nieuwe natuur wordt juist gesuggereerd dit bij voorkeur in de Groenblauwe Landbouwzone te doen.
Op blz 7 en bovenaan 8 wordt gesproken over dat areaaluitbreiding van natuur alleen aan kaarten toe te voegen als het aantoonbaar bijdraagt aan een van de doelen uit het coalitieakkoord. Wordt hiermee bedoeld dat de wettelijke opgave voor uitbreiding van het NNL en de groenblauwe dooradering al volledig in de oude kaartlagen zijn opgenomen?
ANTWOORD:
Met de “areaaluitbreiding” wordt bedoeld de areaaluitbreiding die nodig is om de VHR-opgave te behalen. Dit is een opgave die -deels- verder gaat dan de opgave uit het Natuurpact (de realisatie van het NNL). De groenblauwe dooradering is geen wettelijke opgave, maar kan lokaal wel bijdragen aan het realiseren van de VHR-opgave. De uitbreiding van het NNL is inderdaad wel al op de bestaande (oude) kaartlagen weergegeven. Dit geldt niet voor de groenblauwe dooradering. Deze maakt geen deel uit van de kaarten.
Op blz 8 staat intrekgebieden Natura 2000. Wat zijn dit?
ANTWOORD:
De intrekgebieden Natura 2000 zijn de in Zuid Limburg op de plateaus gelegen gebieden waar het water intrekt dat de nabij gelegen Natura2000 gebieden voedt. Een bekend voorbeeld is het plateau tussen Geulle en Ulestraten (gebied rond het vliegveld), dat de voeding levert voor het Bunder en Elsloërbos
Blz 8: Kan de nieuwe kaart overgangsgebieden rondom kwetsbare Natura 2000 gebieden beschikbaar gesteld worden?
ANTWOORD:
De kaartlagen zijn beschikbaar bij de inzage van de ontwerp POVI.
Blz 9: Wordt met productie van voedingsmiddelen bedoeld dat dit water alleen gebruikt mag worden als het met voedingsmiddelen in aanraking komt of mag dit water voor alle functies in de voedingsmiddelen productie gebruikt worden?
ANTWOORD:
Per abuis is er in het discussieblad ten aanzien van deze passage onjuiste tekst terecht gekomen.
• WML is terughoudend ten opzichte van het leveren van koel- en proceswater aan grote nieuwe watervragers, zoals electrolysers en SMR’s;
• WML hanteert een duurzame marktoriëntatie. Hierin wordt kritisch gekeken of er drinkwaterkwaliteit benodigd is, of dat een andere kwaliteit toereikend en voorhanden is. Ten alle tijden valt WML terug op haar wettelijke aansluit- en leverplicht.
Discussieblad 9a, 9b en 10:
Aan het einde van bladzijde 14 lijkt het alsof de afbakening van de Groenblauwe Landbouwzone (of Groenblauwe Mantel) een andere afbakening kent als op blz 5 staat. Op bladzijde 14 wordt de Groenblauwe landbouwzone uitgebreid met bufferzones tegen verdroging rond Natura2000 gebieden genoemd. Uit de omschrijving op blz 5 staat dat de zones rondom Natura2000 onderdeel zijn van de Groenblauwe mantel.
Zijn bufferzones wat anders dan de zones bedoeld op blz 5?
ANTWOORD:
Ja.
Ook wordt aangegeven dat sommige gebieden langs en tussen het Natuurnetwerk Limburg onderdeel zijn van de Groenblauwe Landbouwzone. Op bladzijde 5 wordt het woord bestaande natuurgebieden gebruikt. (niet Natura2000).
Op blz 16 en 17 staan veel verschillende gebieden benoemd. Het is niet duidelijk voor welk gebied welke lijn wordt uitgezet. Alleen voor het Nationaal Landschap Zuid Limburg worden de kernkwaliteiten aangegeven. En op blz 16 wordt daar de Groenblauwe landbouwzone bij genoemd.
In de groenblauwe landbouwzone vallen toch de zones om de Natura2000 gebieden?
ANTWOORD:
Ja.
- Maar de andere Nationale parken, ook Natura2000 toch wordt afhankelijk van het Rijk een vergelijkbare rol overwogen. Alleen de Meinweg Roerdal wordt daarbij genoemd, maar niet de Maasduinen en De Groote Peel.
- Blz 17 Wordt het verbinden van de Natura2000 gebieden vormgegeven door de groenblauwe dooradering?
- Dooradering vraagt toch ook ruimte?
- Wat is de overweging om de groenblauwe dooradering niet als doel mee te nemen, maar te beschouwen als een middel?
Is hiermee de doelstelling van het NPLG/LPLG om 10% groenblauwe dooradering te realiseren ook door GS losgelaten?
ANTWOORD VRAGEN 31-34:
Specifiek voor het verbinden van natuurgebieden is in de groenblauwe landbouwzone ook een kaartlaag opgenomen met ecologische verbindingszones. De groenblauwe dooradering kan lokaal gebruikt worden om deze verbindingszones te realiseren. In het beleidskader Perspectief voor het landelijk gebied is over de opgave voor de groenblauwe dooradering gesteld dat we “een stevig begin maken met de groenblauwe dooradering van het landschap”. We beschouwen dit pas echt als opgave zodra hier ook de benodigde financiering voor komt.
Wat zijn de definities van intensieve en extensieve landbouw in het onderliggende document actualisering POVI?
ANTWOORD:
Gezien de verschillende interpretaties van intensief en extensief hebben we in de conceptteksten gekozen voor andere termen. Zo hebben we het over verschillende vormen van land- en tuinbouw die enerzijds milieubelastend of emissierijk en anderzijds niet milieubelastend of emissiearm kunnen zijn.
Interessant voor jou
Financiële en juridische risico’s Maastricht Aachen Airport
Lees verderHet gebruik van Staalslakken in Limburg
Lees verder