Maiden­speech Frank Wassenberg


14 maart 2007

Tijdens de Provinciale Statenvergadering van 15 maart werd Frank Wassenberg geinstalleerd als Statenlid. Frank legde de verklaring en belofte af en kreeg de gelegenheid om iets over zijn standpunt te zeggen. Zijn eerste speech (de zogenaamde 'maidenspeech') kun je hier lezen.

Geachte voorzitter,

Het is met gemengde gevoelens dat ik hier sta. Allereerst met een gevoel van dankbaarheid en trots en met de hoop om de komende vier jaar een bijdrage van betekenis te kunnen leveren aan het debat in dit Huis. Aan de andere kant wilde ik dat mijn partij niet nodig zou zijn. Maar helaas is de Partij voor de Dieren wel nodig in Limburg.
Want dierenwelzijn speelde tot nu toe geen rol van betekenis in onze provincie. De enkele motie die werd ingediend op dit gebied werd simpelweg weggestemd door de meerderheid in dit Huis. Economische belangen waren altijd belangrijker dan dierenwelzijn.
Of er werd gesteld, dat dierenwelzijn een onderwerp voor de nationale en niet de provinciale politieke agenda is.

Dat, geachte voorzitter, is simpelweg niet waar.

Dierenwelzijn speelt een rol op alle bestuurlijke niveau’s, of zou dat moeten doen. Dierenwelzijn speelt een rol op Europees niveau, getuige een motie om dierenwelzijn te verbeteren, die het Europees Parlement op 12 oktober 2006 met overweldigende meerderheid aannam. Dierenwelzijn speelt een rol op nationaal niveau, getuige de passage over dierenwelzijn die in het laatste regeerakkoord is opgenomen. Dierenwelzijn speelt een rol op gemeentelijk niveau, getuige de 23 dierenwelzijnswethouders die inmiddels actief zijn in 23 gemeenten. En als het aan de Partij voor de Dieren ligt gaat dierenwelzijn vanaf nu ook een rol spelen in de provincie.

Duurzaamheid is gelukkig wel een thema geweest dat verschillende fracties hebben genoemd en waarvoor ook de komende vier jaar aandacht zal zijn. De partij voor de Dieren vindt dat dat een reden zou moeten zijn voor zowel de landelijke als de provinciale bestuur om de uitbreiding van de bio-industrie tegen te gaan. De bio-industrie is een van de grootste vervuilers. De bio-industrie in Nederland draagt meer bij aan het broeikaseffect dan alle verkeersstromen. Als je duurzaamheid hoog in het vaandel hebt staan, pak dan de bio-industrie aan. Niet alleen in het belang van het dier, ook in het belang van onszelf.

Een kleine 10.000 Limburgers hebben op 7 maart aangegeven dat het afgelopen moet zijn met een provincie die de kop in het zand steekt. Die wegkijkt zodra er wordt gesproken over de erbarmelijke omstandigheden waarin dieren leven in de bio-industrie. Die wegkijkt bij het afkappen van kippensnavels. En die wegkijkt bij het onverdoofd castreren van biggetjes, omdat de Duitse worsteter daarom vraagt. En dat het afgelopen moet zijn een provincie die toestaat dat jagers een maximale invloed hebben op het jachtbeleid.

De ene zetel van de Partij voor de Dieren is een belangrijke zetel. Het is een signaal dat aangeeft dat het anders moet. Het is een signaal dat het politieke klimaat aan het veranderen is, het is een signaal dat ook de provinciale politiek veranderen moet.

Ik wil mijn bijdrage beëindigen met mijn steun uit te spreken om bij de informatiebesprekingen een informateur in te schakelen, die het vertrouwen van alle partijen heeft.